zondag 20 augustus 2006

Taalverkráchting

Hoe blij we ook zijn met het verschijnen van het Witte Boekje, het biedt toch alleen maar een oplossing voor de juiste schrijfwijze van woorden. Veel belangrijker nog zou een leidraad zijn voor de juiste uitspraak. Helaas is die er niet. We zullen dus blijven worden gepijnigd met kromme uitspraken en consequente fouten zoals 'werkgelégenheid' of kinderbíjslag'. De ergenis hierover zullen we waarschijnlijk nooit kwijt raken.

Ooit is iemand - waarschijnlijk een politicus - begonnen met het zeggen van werkgelégenheid en kinderbíjslag. In een politiek betoog kan zoiets soms wel zin hebben. Je bent aan het praten over allerlei aspecten van werk: recht, aanbod, zekerheid etc. Het is dan correct om het te hebben over récht, áánbod, zékerheid en gelégenheid. Je spreekt die woorden zo uit. Vervolgens wil je een aspect benadrukken/benoemen en dan kan het gebeuren dat je het ineens hebt over werkgelégenheid: "Natuurlijk is het aanbod van belang, maar als we het hebben over werkgelégenheid..."

Zo zal het die eerste keer gegaan zijn en met kinderbíjslag is een zelfde verhaal denkbaar. Het zijn vervolgens die kritiekloze napraters en aandachtsgeile journalisten geweest die het met een hang naar modieus taalgebruik zijn gaan nazeggen. Vanaf dat moment is er niemand meer die zich nog lijkt te herinneren dat het altijd 'wérkgelegenheid' en 'kínderbijslag' is geweest. Wát voor gelegenheid?: Wérkgelegenheid. Wát voor bijslag?: Kínderbijslag. Vroeger zeiden we het altijd zo.

Bestond er maar een boekje om dit soort taalverkráchting tegen te gaan.

Geen opmerkingen: