
Vandaag het bericht in de media dat de ouderenhangplek door jongeren is overgenomen. Dat dit heeft kunnen gebeuren wil zeggen dat de brief van Perry Perdú, waar hij overigens nooit antwoord op heeft gekregen, in het geheel niet overbodig is geweest. Kennelijk heeft men er in Oude Pekela helemaal niet goed over nagedacht.
In een artikel in NU.nl, waar ook de hiernaast geplaatste foto's vandaan komen, wordt de toedracht hiervan in detail uit de doeken gedaan. Om te beginnen hebben winkeliers, die van het begin af aan al hebben geklaagd over overlast door ouderen en waardoor het idee van een hangplek (oftewel reservaat) voor ouderen tot ontwikkeling is gekomen, de hangplek zomaar kunnen verplaatsen naar een veel onaantrekkelijkere plaats.
Op de bovenste foto is te zien dat de plek eerst gezellig tussen de winkelende mensen stond. Nu staat die in een ongezellige uithoek op een soort plaats waar jongeren wel zouden gaan zitten, maar je dat van ouderen niet zal verwachten. Ze zijn op die manier gewoon weggepest, of op z'n minst in een hoekje geschoven.
En dan de plek zelf of wel de bankjes. Is dit nou die mooie voorziening waar destijds directeur Jan Romme van het Nationaal Fonds Ouderenhulp zo trots op was. Een paar lullige bankjes die veel te klein zijn en nog eens in tweeën verdeeld zodat een oudere er met moeite plaats in kan nemen. Daarbij gewoon los en niet in de vloer vastgeschroefd zodat de eerst de beste winkelier die er eigenlijk van af wil ze gewoon even op een andere plaats kan neer zetten. Wat nou eigen ontmoetingsplek.
De verwachting van de heer Romme is dat de ouderen wel zullen terugkeren zodra het weer 'omslaat'. Als wij die ouderen waren dan kon hij die plek fijn houden. Wij zouden mooi weer lekker in het winkelcentrum gaan rondhangen, op een plek die we zelf uitkiezen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten