Het zou zo maar kunnen dat je dit dagelijks, pak 'm beet, een aantal keer hoort zeggen. Het is, zeg maar, de laatste tijd het meest gebruikte stopwoord.
Het verschil met veel andere van dit soort uitspraken is, om het zo te zeggen, dat het door alle lagen van de samenleving wordt gebezigd. Veel andere gemeengoed geworden uitspraken hebben 'n stukje cultuurgebondheids of zijn juist gebonden aan bepaalde situaties of gelegenheden.
We noemen zoals daar zijn bijvoorbeeld het "Is goed...", wat je eigenlijk best wel veel hoort bij telefoongesprekken die je, in een onbewaakt ogenblik op een terras of in de trein stiekemweg ongewild kunt afluisteren. Wat is trouwens, zoals dat heet, eigenlijk een onbewaakt ogenblik? Is dat zoiets als een ogenblik zonder slagbomen of knipperlichten, om maar iets te noemen?
Het zou zomaar kunnen kan je zowel door een jan met de pet in de kroeg horen zeggen, als door een minister tijdens een debat. Met name bij sportcommentatoren, om het beestje bij de naam te noemen, zeg maar, is het zeer populair. Sommigen zouden misschien zeggen dat het een beetje iets heeft van ja, eigenlijk een ziekte van de tijdgeest.
Wíj zouden zo ver niet willen gaan. Mensen lijken, zo gezegd, nou eenmaal de behoefte te hebben aan een dergelijke manier van spreken, om zo te zeggen. Maar het blijft wel, hoe zeg je zoiets, opmerkelijk. Dát dan weer wel!
dinsdag 25 juli 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten